Het BZ-klasje: drie maanden colleges, trainingen en werkbezoeken. Hoe overleef je dat eigenlijk? 3 tips:
3 tips om het BZ-klasje te overleven
Deniz Horzum
Beleidsmedewerker
Tip 1: Daag jezelf uit.
Krijg jij energie van origami-vouwen, basejumpen, breien of al het andere wat nieuwe skills vereist? Dan is dit tip nummer 1. Iedereen in het BZ-klasje ontwikkelt zich namelijk op een voor hem/haar persoonlijke manier: bijvoorbeeld internationale handel voor de politicologen en het Haagse House of Cards voor bedrijfskundigen (het nieuwe seizoen begon in de eerste week...). Hetzelfde geldt voor de skills die als diplomaat van pas komen. Zo creëerde Clingendael veel mogelijkheden om deze skills te ontwikkelen en uit je comfortzone te stappen: er zijn talloze onderhandelingssimulaties en zelfs een heuse crisissimulatie. Hoewel origami nog steeds een distant dream is en ik mijn truien en sjaals nog steeds gewoon in de winkel koop, heb ik mij hierdoor wél als professional ontwikkeld.
Tip 2: Investeer in je netwerk
Tijdens de drie maanden opleiding leer je veel nieuwe mensen kennen. Omdat ‘cijfers nooit liegen’, heb ik het even uitgerekend: +200 sprekers; +10 buitenlandse klasjes; +25 borrels; en dan ook nog 29 klasgenoten die je moet leren kennen. Na ongeveer 480 uur aan opleiding en de extra-curriculaire activiteiten, zoals een weekendje weg, is dat gelukkig toch nog goedgekomen.
Tip 3: Blijf in beweging
Sporten heeft, zo schijnt uit onderzoek, een positief effect op je werk- en leerprestaties. Gelukkig is hier dan ook tijdens het BZ-klasje genoeg tijd voor: zo bowlden we bijvoorbeeld met diplomaten uit de SIDS (small island developing states). Daarnaast voetbalden we regelmatig met het Indonesische klasje dat tegelijk op Clingendael een opleidingsprogramma volgde. Met het ontbreken van Oranje op het EK was dit dan ook zeker het Nederlands voetbalhoogtepunt van 2016...
