Inhoudelijke ondersteuning aan de Kamerleden
‘In mijn eerste traineejaar werkte ik voor het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Daarna was ik een halfjaar gedetacheerd bij het Bureau Onderzoek en Rijksuitgaven (BOR) in de Tweede Kamer. Het BOR werkt voornamelijk op verzoek van vaste Kamercommissies en biedt inhoudelijke ondersteuning aan de Kamerleden. Zij moeten goed geïnformeerd zijn om hun controlerende rol in onze parlementaire democratie optimaal te kunnen uitoefenen. Ik schatte mezelf in als ‘broekie’. Niets bleek minder waar. Kamerleden gebruikten mijn adviezen zelfs om het kabinet aan de tand te voelen.
Invloed op keuzes van de Tweede Kamer
Bij het BOR zat ik dicht op de politiek. Ik schreef notities over budgettaire stukken die ministeries naar de Kamer sturen. Van de Miljoenennota tot departementale begrotingen. Ik adviseerde ook inhoudelijk over wat volksvertegenwoordigers over die thema’s aan de minister kunnen vragen. Veel van mijn woorden hoorde ik later terug in het parlementaire debat. Indirect heb je daarmee invloed op de keuzes die in de Kamer worden gemaakt. Je krijgt snel verantwoordelijkheid en kunt als trainee al een grote meerwaarde hebben. Dat had ik niet verwacht.
Contact met lokale overheden
Mijn laatste traineeplek was bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland.
Mijn contract werd verlengd en ik kon blijven. Tijdens je traineeship heb je nog veel te leren, al het werk is interessant en je neemt aan wat er aan klussen voorbijkomt. Toen ik mocht blijven heb ik aangegeven dat ik in mijn werk wel graag direct in contact wilde zijn met de lokale overheden in de ontwikkelingslanden waarvan we projecten financieren. En dat kon; intussen ben ik al in Ghana, Bolivia en Peru geweest.
Havenuitbreiding, ziekenhuizen, drinkwaterprojecten
Landen als Bolivia en Ghana hebben grote behoefte aan publieke infrastructuur. Basisvoorzieningen die direct de gezondheid van de mensen en de ontwikkeling van de private sector positief kunnen beïnvloeden ontbreken vanwege geldtekort. Dan komt de Nederlandse overheid om de hoek kijken. Met onze financiële ondersteuning wordt de benodigde infrastructuur aangelegd. Dit levert een grote bijdrage aan human development en/of private sectorontwikkeling (bijvoorbeeld werkgelegenheid). Als ik daarheen ga en met lokale projectmanagers om de tafel zit, bespreken we de projectvoortgang en hoe we een project gaan realiseren. Wegen, ziekenhuizen, drinkwaterprojecten. Dat je daaraan namens de Nederlandse Rijksoverheid een financieel steentje mag bijdragen en dus ook aan meebouwt, dat is toch prachtig.’